Op de bank levert het niets op, beleggen is een risico. Wat te doen met spaargeld? Het antwoord is steeds vaker: steek het in een huis.
Schutteplaat, Mosselplaat, Haringvreter, Soelekerkeplaat. Vanuit het vakantiehuis van Ko Dieleman in Kamperland varen gasten zo naar de Zeeuwse eilanden in het Veerse Meer. Het water stroomt langzaam, de voornamelijk Duitse gasten komen voor hun rust. Zo kalm vindt Dieleman het overigens niet bij zijn vakantiehuis. „Als je met je ogen knippert is het weer anders. Een eend zwemt verder, een zeilboot gaat overstag.”
Zelf slaapt Dieleman nooit in zijn tweede huis, hij woont een paar kilometer verderop. De verbouwer van graan en suikerbieten kocht het vakantiehuis als belegging, met de opbrengst van een deel van zijn boerderij. Hij haalt met de verhuur een rendement van rond de vijf procent.
Had Dielemans geld op de bank gestaan, had hij er een stuk minder voor gekregen. De spaarrente bij de grootbanken is nu niet meer dan 0,5 procent op jaarbasis. Dat is niet genoeg om te compenseren voor inflatie, laat staan om er – vanaf een vermogen van 24.437 euro – belasting van te betalen. Sparen kost geld.
Mensen met flink wat financiële reserves zoeken steeds vaker een alternatieve bestemming voor hun spaargeld. In 2015 namen mensen per saldo 200 miljoen euro meer op dan ze aan spaargeld stortten. Dat komt zelden voor: in de afgelopen twintig jaar maar één keer, in 2013.
Overigens steeg de hoeveelheid nationaal spaargeld het afgelopen jaar wel iets, door uitgekeerde rente. Het Nederlandse spaartegoed is volgens de laatste tussenstand van het CBS uit eind mei 345 miljard euro.
Waar moet je heen met je spaarcenten, als je zeker wilt zijn van geld op je oude dag? Beleggingsfondsen groeien in populariteit, maar de grilligheid van de aandelenmarkt maakt het een onzekere belegging. En het rendement op staatsobligaties – altijd een veilige haven voor kapitaal – is niet meer wat het was. De rente op tienjarig Nederlands schuldpapier is zelfs negatief.
Voor Dieleman was de rekensom niet moeilijk: de spaarrente is laag, het verwachte rendement naar zijn zin en bovendien levert zijn vakantiehuis hem toekomstig belastingvoordeel op. Hij kocht de grond waarop hij het huis bouwde in 2012 samen met zijn dochter, zodat ze bij een eventuele erfenis weinig geld kwijt is aan de fiscus.
Stenen zijn voor meer mensen een populaire bestemming voor spaargeld, zo bleek vorige week uit cijfers van makelaarsvereniging NVM. Afgelopen jaar werden 3.130 recreatiewoningen verkocht, bijna twee keer zoveel als het jaar ervoor. Voor eenvijfde van de kopers was het huis een ‘pure belegging’, naast een mogelijkheid voor een goedkope vakantie.
Ook wordt er meer gebouwd. In 2015 waren er plannen voor 6.600 nieuwe vakantiewoningen, een jaar later zijn dat er 8.300.
Volgens NVM-woordvoerder Roeland Kimman volgt de markt voor vakantiehuizen de aantrekkende woningmarkt. Wel waarschuwt hij: „Vakantiehuizen hebben een beperkte levensduur. Na 10, 15 jaar voldoen ze niet meer aan de eisen van de tijd. En de huizenprijzen kunnen ook dalen.”
De aankoop en verhuur van een tweede huis is niet de enige relatief veilige investering in stenen. Hypotheekaflossing is ook populair. Een op de vijf woningbezitters met een hypotheekschuld – zo’n 800.000 huishoudens in totaal – loste in de afgelopen twaalf maanden meer af dan verplicht, volgens een rapport van het Economisch Bureau van ING uit juli.
De meeste huiseigenaren maakten tussen de 10.000 en 15.000 euro extra over, in totaal zo’n 10 miljard euro. „Vorig jaar daalde de nationale hypotheeklast zelfs kort”, zegt Peter Boelhouwer, hoogleraar woningmarkt aan de TU Delft. In Nederland, het land van de hypotheekrenteaftrek, is dat volgens hem een uitzonderlijke situatie.
Dat spaargeld gebruikt wordt om de hypotheek te verlagen heeft ook een andere oorzaak, volgens Boelhouwer. De rente op een aflossingsvrije hypotheek is niet meer aftrekbaar. Daarnaast mogen steeds minder van de extra kosten bij de koop van een huis, zoals notariskosten, in de hypotheek meegefinancierd worden.
Ook schenken ouderen met geld graag een deel van hun vermogen aan het nageslacht. Voor de aankoop, verbouwing of aflossing van een huis mag 53.016 euro belastingvrij geschonken worden. Vanaf 1 januari 2017 is dat zelfs tijdelijk een ton.
Directe cijfers over het aantal giften zijn er niet, maar van de huizenbezitters jonger dan 35 zegt 18 procent financiële steun te hebben ontvangen bij de aankoop van een eerste woning, volgens het ING-rapport. Een derde daarvan kreeg een lening, waar ook belastingvoordeel aan verbonden is, en bij 2 procent was de ouder de koper van het huis. De economen van de bank verwachten dat het percentage huizenkopers dat hulp krijgt in 2017 nog verder stijgt.
Dat is ook niet zo gek, zegt Senne Janssen, econoom van ING. „Mensen zoeken rendement. Als sparen en beleggen minder aantrekkelijk is, wordt het gunstig een pand te kopen voor de studerende kinderen.”
Schrijf je nu in voor onze nieuwsbrief en ontvang het laatste nieuws van de Second Home Beurs. Of ontvang wekelijks het laatste woningaanbod in je mailbox. Je kunt je op elk moment eenvoudig afmelden.
Wilt u meer informatie over de Second Home Beurs? Neem gerust contact met ons op via onderstaande gegevens:
Bekijk het volledige overzicht van makelaars die bij ons deelnemen en adverteren
Bekijk het overzichtWilt u als particulier uw tweede huis verkopen? Plaats uw vakantiewoning in ons netwerk van websites en bereik gemakkelijk potentieel geïntereseerden.
meer informatieCopyright - Second Home Beurs - Algemene Voorwaarden | Privacy Statement | Powered by Invitado